In de steigers

Het MOT bouwt een houten steiger

Met die steiger willen we het Prinsenkasteel een unieke ontsluiting geven rond allerlei bouwtechnieken en bouwberoepen. De steenhouwer is daar één aspect van, maar ook smeden, timmerlui, dakdekkers, steenbakkers enzoverder spelen een belangrijke rol in het historische bouwbedrijf. We willen de gevel en het binnen erf van de kasteelruïne aankleden als een kasteel in opbouw, in plaats van een kasteel in verval. De bouw van de steiger is nog maar de eerste stap in een grootschalig project Bouw/steen, waarbij ook andere werfinrichtingen zoals hijstoestellen en bouwloges de bouwwerf vervolledigen. Het is een mooie aanvulling voor de tentoonstelling Steigers en steen in de donjon. Ook dit project kwam tot stand met de financiële steun van de Provincie Vlaams-Brabant. 

Het echte werk

Steigers zijn altijd al belangrijk geweest voor het oprichten van hoge bouwwerken. Bij een imposant gebouw als het Prinsenkasteel, met muren van wel 20 meter hoog, kwam ongetwijfeld heel wat steigerbouw kijken. Hoe kregen ze dat in die tijd voor mekaar?

Een vraag die zodanig tot onze verbeelding sprak, dat we er zelf mee aan de slag gingen.  Samen met Scouts en Gidsen Grimbergen gingen we de uitdaging aan om zelf een houten steiger te bouwen op de traditionele manier, met rondhout en touw. Het resultaat zie je hieronder in een timelapse.

Onderzoek

De historische reconstructie van de houten steiger aan het Prinsenkasteel kon pas gebouwd worden na onderzoek van de literatuur en de iconografie in onze museumbibliotheek. Het is niet zomaar een blikvanger voor de tentoonstelling Steigers en steen. Maar het gaat verder dan dat, met deze steiger willen we ten eerste kennis verzamelen over de belangrijke techniek van het bouwen van steigers, ten tweede ervaring opdoen in het bouwen zelf en die kennis en ervaring aan een ruim publiek bekend maken, zowel ter plaatse als online.

Zo bouwde men ze vroeger 

Van zodra de mens iets ging bouwen dat hoger was dan schouderhoogte, was er nood aan een verhoog om op te staan tijdens het werk en om de bouwmaterialen op te plaatsen. Hoe groter en hoger de werken, hoe complexer die verhoogde constructies zijn. Van een plank op twee kisten tot steigers met meerdere verdiepingen. Om de steigers toegankelijk te maken had je ladders en soms hellende vlakken. Om de bouwmaterialen naar boven te halen had je de nodige hijstoestellen.

De steigerbouw heeft zoals alle technieken een enorme evolutie gekend. Tot ca. 1950 was er één constante bij ons: het frame van een steiger werd gebouwd uit (rond)hout. Vanaf dan heeft metaal het hout grotendeels vervangen voor de verticale elementen, maar houten loopplanken worden nog steeds in heel wat steigers gebruikt.

Steigers zijn per definitie tijdelijke en demonteerbare constructies. Eenmaal de bouw afgerond, worden ze afgebroken en worden de steigermaterialen zoveel mogelijk gerecupereerd. Daarom ging men de onderdelen van houten steigers grotendeels met touw verbinden. Spijkers zijn moeilijker te verwijderen en beschadigen het hout. Het touw kon meerdere malen gebruikt worden en was dus duurzamer en goedkoper dan spijkers. In de eerste helft van de 20ste eeuw ging men experimenteren met metalen koppelstukken, staaldraad en kettingen om de houten steigerdelen sneller en gemakkelijker aan elkaar te kunnen verbinden.

Hoe zit een steiger in elkaar?

Elke steiger bestaat uit verticale steigerpalen, verbonden met zogenaamde scheerhouten. Om de constructie stijf te maken worden er diagonale schoren aan gebonden. Zo ontstaan er stevige driehoeken, die niet vervormbaar zijn. 

Haaks op dit raamwerk komen de kortelingen die het loopoppervlak dragen. In recentere tijden bestond dit oppervlak uit planken maar op veel middeleeuwse afbeeldingen zien we vlechtwerkpanelen. Zo’n vlechtwerk, horden genoemd, heeft heel wat voordelen. Planken zagen was een dure aangelegenheid, met de hand was het erg arbeidsintensief en zaagmolens waren zeker niet overal voorhanden. Ook de grondstof voor horden, buigzame rechte takken uit hakhoutbossen is veel goedkoper dan rechte stammen om planken uit te zagen. Horden zijn erg sterk en licht. Maar toch werden op de middeleeuwse bouwwerf ook steigerplanken gebruikt.

Verschillende types steigers

Welk type gebruikt werd hangt af van de aard van de werken (nieuwbouw, renovatie, groot metselwerk, klein metselwerk) maar ook van de plaats en tijd.

Steigers kunnen volledig vrij staan van het bouwwerk, met twee rijen verticale palen. Maar meestal worden ze aan één zijde vastgemaakt aan het bouwwerk dat opgetrokken werd. Daarvoor spaarde men tijdens het bouwen steigergaten uit in de muur waarin de kortelingen rusten. Door die manier van steigerbouw kon je niet alleen een enorme hoeveelheid hout besparen, zo'n halve steiger bood meer stabiliteit en zekerheid. Niet alle steigers steunen tot op de grond, ze kunnen ook louter rusten op het bouwwerk zelf, en stelselmatig mee met de bouw naar boven opschuiven. Dat noemt men vliegende steigers.

Steigergaten werden niet altijd dichtgemaakt. Vaak kan je ze nog in de gevel van gebouwen terugvinden. Soms worden ze hergebruikt tijdens restauratiewerken.

Met de steun van de Provincie Vlaams-Brabant

© Österreichische Nationalbibliothek

In Azië bouwt men de meeste steigers nog in bamboe, zoals hier in Nepal bij de heropbouw na de zware aardbevingen van 2015.

Oproep!

We zijn steeds op zoek naar mensen die ons informatie over houten steigers kunnen bezorgen, zoals foto's, getuigenissen... Heb je zelf nog op zo'n steiger gewerkt of er gebouwd? Heb je nuttige weetjes of tips? Of kan je onze collectie aanvullen met voorwerpen of documentatie over het onderwerp? Neem gerust contact met ons op! 

Bouw van een abdij. Miniatuur uit Conquestes et croniques de Charlemaine, door J. de Tavernier, ca. 1450-60 (© Brussel, Koninklijke Bibliotheek -https://belgica.kbr.be)

Vliegende steiger - Miniatuur uit het Huntingfield-Psalter, ca. 1180 (© Morgan Library, New York)

Maquette in de collectie van het MOT

Deze maquette, afkomstig van het Provinciaal Veiligheidsinstituut van Antwerpen, werd rond 1942 gemaakt om bouwvakkers en aannemers te tonen hoe je op een veilige manier een houten steiger bouwt en inricht.

Modelbouwwerf anno ca. 1942