Trusquin (m.)

code d'identification
ID 82
morphologie
morphologie
morphologie
morphologie
métier
métier
holotype
MOT V Dv 0252 (trusquin (double)) L=17,5cm l=45cm h=24cm pds=250gr
holotype
MOT V Dv X 0577 L=20cm l=7cm pds=180gr
holotype
MOT V 81.0280 O L=19,5cm l=15,2cm pds=140gr
holotype
MOT V 84.0120 L=27cm l=15cm pds=50gr
holotype
MOT V 85.0297 L=24cm l=8cm pds=200gr
holotype
MOT V 2001.0697 (Japon) L=9cm l=9cm h=5cm pds=125gr
holotype
MOT V 2001.0711 (Japon) L=18,5cm l=12cm pds=137gr
holotype
MOT V 2003.0325 a-b2 L=12,5cm l=3,5cm pds=20gr
description
Le trusquin (1) se distingue du trusquin à couper et du tarabiscot.

Voir aussi le diviseur.

Plus d'information technique sur cette page en version néerlandaise. [MOT]

(1) De équilboquet, d.i. het gathoutje ( AUBIN: s.v. quilboquet) (ook quileboquet: Encyclopédie: Ebéniste 11.105; quilboquet (AUBIN: s.v.) wordt vaak met het kruishout verward omdat de twee voorwerpen nagenoeg dezelfde vorm hebben, behalve het feit dat het gathoutje geen punt heeft. Nochtans is de bestemming van beide voorwerpen verschillend: het gathoutje dient enkel om de diepte van pengaten te meten.