Opzoeken

Algemeen zoeken

Doorzoek de hele website door een trefwoord in te voeren of kies hierboven een databank om specifiek te zoeken

Zoeken

Zoekresultaten 21 - 30 199 resultaten gevonden
Vuist (metselaar) (v.)
Een vuist is een stalen hamer (ca. 1-2 kg) met twee vierkante, vlakke banen waarvan de hoeken meestal zijn afgeschuind, en korte (ca. 20 cm) steel. De metselaar gebruikt de vuist voor sloopwerk. Hierbij slaat hij met de hamer op het breekijzer. Te onderscheiden van de moker die zwaarder is en een langere steel heeft. [MOT]
Hoefsmeedhamer (m.)
Zware (ca. 1,400-2 kg), trapeziumvormig gesmede hamer met vlakke of licht bolronde baan en korte (ca. 20-25 cm) steel. De hoefsmid smeedt hoefijzers meestal met een smeedhamer. In sommige gebieden van Frankrijk daarentegen gebruikt men een specifieke hamer, de hoefsmeedhamer. Door de trapeziumvormige kop kan hij uitzonderlijk op de houwhamer gelijken. [MOT]
Loodhamer (m.)
De loodhamer is een houten hamer met tonvormige of conische kop (ca. 6-10 cm doorsnede) die de loodgieter gebruikt voor het strekken, d.i. het glad slaan en uitstrekken van bladlood (1). De loodhamer is meestal van palmhout. [MOT] (1) De loodgieter kan ook een houten hamer gebruiken waarvan het éne uiteinde van de kop dient voor het strekken en het andere uiteinde voor het rekken (VAN HOUCKE: 308).
Landbouwerstang (v.)
Samengesteld handwerktuig dat gebruikt wordt bij het plaatsen van afrasteringen met houten palen. Het bestaat uit twee puntige kaken, een hamerkop, een haak om krammen uit te trekken en een draadknipper. [MOT]
Zaagzethamer (m.)
Hamer om een zaag met betrekkelijk grote tanden te zetten, d.i. om de tanden op gelijke wijze te schranken (zie glossarium). Het is een stalen hamer met dubbele pen. De uiteinden ervan zijn vaak gegroefd zodat hij niet wegglijdt wanneer men op de harde zaagtand slaat. De zaagzethamer komt in verschillende maten voor. Te onderscheiden van de haarhamer die zwaarder is en een kortere steel heeft. Zie ook zaagzetijzer en zaagzettang. [MOT]
Klompenmakershamer (m.)
De klompenmakershamer is een zware, ronde houten hamer met korte steel. Hij wordt gebruikt om op de klompenmakersguts te slaan en zo het binnenste van de klomp grof uit te kappen. [MOT]
Edelsmidshamer (m.)
Kleine (ca. 15-25 cm), lichte (ca. 50-100 gr) hamer waarvan het hoofd (ca. 7-10 cm) één wigvormig uiteinde heeft en één cirkelvormig of vierkantig (ca. 1 cm). De steel is van hout. Een ander model is volledig van metaal met een korte, ronde steel. De edelsmid gebruikt deze hamer om heel fijn en precies werk uit te voeren, o.a. bij het ciseleren. Zie ook de ciseleerhamer. [MOT]
Steenhouwersklopper (metaal) (m.)
Metalen hamer waarvan de korte steel (ca. 10 cm) in het midden van de basis van een cilinder of de top van een afgeknotte kegel steekt, zoals bij de houten steenhouwersklopper. Hij kan ook vierkantig zijn met banen die wijder uiteenlopen naar het kopeinde toe. Met deze hamer kunnen krachtige slagen gegeven worden en hij wordt voornamelijk gebruikt op harde steensoorten in combinatie met een beitel. Zie ook steenhouwersvuist. [MOT]
Sigarenkistopener (m.)
De sigarenkistopener is een handwerktuig waarmee men een sigarenkistje kan openen. Het heeft een plat, afgerond, stomp blad met een kleine inkeping langszij, en een recht hecht. Met het afgerond uiteinde snijdt men het papieren bandje rond het deksel van de kist los en met de inkeping wrikt men het nageltje los. Bij sommige modellen is er ook een hamerkopje aanwezig om het nageltje er terug in te slaan. Soms is de sigarenkistopener gecombineerd met een sigarenschaartje. Hetzelfde werktuig werd ook gebruikt door groothandelaars die hun waren, voornamelijk fruit en groenten, in kistjes verhandelden (1). De sigarenkistopener kan ook een onderdeel zijn van een zakmes. [MOT] (1) Paul Duflos. Outillage pour le travail du bois. Tarif nr. 5. 1920: 13 marteaux-couteaux pour primeurs.
Breeuwhamer (m.)
De breeuwhamer is een betrekkelijk dunne (ca. 5 cm doorsnede) maar lange (ca. 20-40 cm), ronde houten hamer die licht (ca. 600-1400 gr) en zeer veerkrachtig moet zijn (1). Hij wordt aangewend om met behulp van een breeuwbeitel werk in de naden van een vaartuig te kloppen, opdat het waterdicht zou zijn. Op beide uiteinden bevinden zich ijzeren ringen die conisch van vorm zijn; in het geval van slijtage van de baan van de hamer kunnen deze naar achteren geduwd worden. Soms steken in de uiteinden stukken gewei (2) of koehoorn (3) opdat ze harder zouden zijn. Het middenstuk van de hamer is breder en ovaalvormig in doorsnede; het wordt verstevigd met twee (koperen) klinknagels. In het middenstuk bevindt er zich centraal een oog waarin de ronde steel steekt die veelal een stuk boven het hoofd van de hamer uitsteekt. Een uniek kenmerk van de breeuwhamer zijn de longitudinale gleufjes - meestal met een rond gat doorheen het centrum van de gleuf - die zich aan beide zijden van het oog bevinden...