Opzoeken

Algemeen zoeken

Doorzoek de hele website door een trefwoord in te voeren of kies hierboven een databank om specifiek te zoeken

Zoeken

Zoekresultaten 13,561 - 13,570 15,502 resultaten gevonden
Andere gebruiken
Andere gebruiken van de oven Naast het bakken van het brood werd de warmte van de oven nog voor allerlei andere doeleinden gebruikt: tijdens of na het bakken van het brood werd er ook plaats voorzien voor het bakken van vlaaien, peperkoek, appelbroodjes of andere lekkernijen voor de kinderen. men droogde in de nog warme oven peren, appels en pruimen. Om te drogen zijn de harde perensoorten goed zoals trichter- of hereperen, langeloren, korsenijsperen, spineelperen, dikstaartperen. De peren worden in verscheidene keren (4 à 5 maal) gedroogd. Daarna zien ze er zwart en vol rimpels uit. Bakpruimen werden als laatste in de oven gedroogd, soms op bruin papier. Om barsten tegen te gaan mocht de oven niet warmer dan 60° C zijn. op het ovengewelf werd het zaaigoed voor de moestuin gelegd. In de oven werden kleine veldvruchten en zaden gedroogd: erwten, bonen, klaverbollen, koolzaad, raapzaad, enz. in de bijna afgekoelde oven kon men pluimen drogen die, wanneer ze mals genoeg waren, gebruikt werden...
Berekenen van de hoeveelheid bakstenen
Berekenen van de hoeveelheid bakstenen Het aantal bakstenen is afhankelijk van het gebruikte formaat. aan de hand van een tabel Hier geven we een tabel met de hoeveelheid stenen en mortel per m² berekend voor een 1/2 steense muur (1 steense muur = x2) in halfsteensverband, dit is metselwerk dat uitsluitend uit strekken bestaat, en met een voegbreedte van 10 mm. Inbegrepen is een hak- /breekverlies van de baksteen van 3 % en een prefab-mortel verlies van 3 %. Bij een traditionele mortel kan je rekenen op 10 % mortelverlies. (gegevens van Koninklijk Verbond van Nederlandse Baksteenfabrieken en van Jozef Dockx)
Berekenen van de hoeveelheid isolerende leemlaag
Berekenen van de hoeveelheid isolerende leemlaag Aan de hand van een volumeberekening (van een holle halve koepel) kunnen we het nodige aantal liter (volume) leemmortel berekenen. Het volume van de leemlaag wordt berekend door het volume van de halve koepel met het volume van het holle gedeelte te verminderen. Dit wordt duidelijk aan de hand van volgende formule: Volume = (D³ - d³) x (3,1416 / 12), waarbij D = uitwendige diameter en d = inwendige diameter. Heb je het volume in cm³ berekend dan moet je het resultaat delen door 1000 om het volume in liter te bekomen. Vermenigvuldig het nodige volume met het aantal liter bestanddelen wetend dat je voor ca. 1 m³ (1000 liter) leemspecie en een verhouding 3 : 1/2 : 1 : 1 het volgende nodig hebt: leemgrond: ca. 860 liter gebluste kalk: ca. 140 liter rijnzand: ca. 285 liter gehakt stro: ca. 285 liter (paardenurine: ca. 14 liter) Voorbeeld (aan de hand van bouwplan) d = 140 cm (dit is de lengte van de oven (100 cm) + 2 x de dikte van het gewelf)...
Berekenen van de hoeveelheid beton
Berekenen van de hoeveelheid beton fundering Om de hoeveelheid beton te kennen moet je eerst het volume van de funderingssleuven berekenen. Hiervoor vermenigvuldig je: de lengte van de buitenste funderingswand de diepte van de buitenste funderingswand de hoogte van de fundering. Doe dit ook voor de binnenste funderingswand en maak het verschil van beide uitkomsten. Vermenigvuldig het nodige volume met het aantal kg bestanddelen, wetend dat je voor ca. 1 m³ beton met een betonsterkte van 250 kg/m³ specie en een verhouding 1 : 3 : 4 het volgende nodig hebt: portlandcement (CEM I en klasse 32,5): ca. 250 kg rijnzand 0/2: ca. 750 kg grind (korrelgrootte 4/14): ca. 1000 kg Voorbeeld (aan de hand van bouwplan): lengte buitenste funderingswand = l(a) = 1,69 m lengte binnenste funderingswand = l(b) = 1,09 m diepte buitenste funderingswand = d(a) = 1,69 m diepte binnenste funderingswand = d(b) = 1,09 m hoogte van de fundering = h = 0,60 m (l(a) x d(a) x h) - (l(b) x d(b) x h) = volume funderingssleuven...
Geschiedenis
Red de bakovens! Geschiedenis
Gebruik je oven
Bakovengeschiedenis
Geschiedenis van de bakoven De bakoven, zoals we die nu nog kennen, heeft een zeer lange geschiedenis. Het "basismodel" met ovenvloer en koepel bestaat al minstens 4000 jaar. Men kan ook op andere, meer eenvoudige, manieren brood bakken. De mens is altijd al inventief geweest in het bereiden van voedsel. Afhankelijk van zijn levenswijze en van de materialen die hij ter beschikking had, bakte hij brood in een kleipot op een open vuur, onder een verplaatsbare stolp of in een tijdelijke of vaste ovenconstructie. De "oven" bestaat reeds duizenden jaren. Archeologen hebben op verschillende plaatsen in de wereld resten teruggevonden van prehistorische ovens. Archeologische sporen zijn echter soms moeilijk te herkennen. Vaak blijft van de oven enkel de bodem over, en weet men niet hoe de wanden of de koepel eruit zagen. Soms vindt men nog een deel van de lading terug, en kan men zo achterhalen wat er in de oven gebakken werd. Omdat voedselresten erg slecht bewaren, kan men bijna niet bewijzen...
Stoken
Stoken van de bakoven
Brooddeeg maken
Bakken
Bakken van het brood De deegballen worden met behulp van de ovenpaal in rijen naast elkaar in de oven gestoken. De deegballen mogen niet tegen elkaar gelegd worden omdat het deeg nog zal uitzetten. De broden mogen ook niet tegen de wanden komen omdat ze dan aanbranden. Bij het inschieten van het brood moet men vlug te werk gaan want de eerste bakken reeds terwijl de andere nog niet in de oven liggen; bovendien koelt de oven dan te vlug af. Een weinig meel op het blad van de ovenpaal voorkomt het kleven van de deegbal. Wanneer de broden zich in de oven bevinden, wordt deze afgesloten om de hitte maar ook de damp in de oven te houden. Tijdens het bakken verdampt een deel van het water uit het deeg. Deze damp "valt neer" op het brood als de oven afkoelt, waardoor het brood een zachte korst krijgt. De bakduur is afhankelijk van het gewicht van het brood en van het gebruikte broodgraan: wittebrood: ongeveer één uur roggebrood, volkorenbrood: 1,5 uur tot 2 uur vlaai: ongeveer een kwartier (=...