Diktepasser (m.)

identificatiecode
ID 1344
morfologie
morfologie
beroep
beroep
beroep
beroep
beroep
beroep
beroep
beroep
beroep
beroep
beroep
beroep
beroep
holotype
MOT V 2020.0008 L=28cm B=15cm G=219gr. Opschrift (eigendomsteken): EV
holotype

MOT V 88.0617 (boetseerder) L=21cm B=8cm G=45gr. Opschrift: J.M.P.

holotype
MOT V 88.0664 (uurwerkmaker) L=16,5cm B=8,5cm G=50gr. Opschrift: 0 - 150 mm
holotype
MOT V 96.0291 (draaier) L=13,5cm B=8cm G=73gr. Opschrift: L.S. Starrett Co Athol Mass. U.S.A. Pat. May 21 1895
holotype

MOT V 84.0015 O (machinebouwer) L=13,2cm B=7,8cm G=77gr

holotype
MOT V 2009.0091 (hartpasser) L=15cm B=2cm G=73gr
holotype
MOT V 2022.0100 (diktepasser (dubbel)) L=43cm B=22cm G=460gr
alias
buitenpasser (syn.) ( JACKSON & DAY: 23)
alias
boogpasser (syn.)
alias
doorsneepasser (syn.)
alias
krombeenpasser (syn.)
alias
krompasser (syn.) ( W.N.T.; JACKSON & DAY: 23)
alias
overtaster (syn.)
alias
verdikpasser (syn.)
beschrijving

De diktepasser is een scharnierende passer met symmetrische benen om diktes te meten en buitenmaten over te nemen en te controleren. Hij onderscheidt zich van de steekpasser doordat een of meerdere benen gebogen zijn. Hij is meestal volledig van metaal, uitzonderlijk van hout met metalen schroeven (1). Het scharnierpunt moet voldoende stroef zijn om de benen in een bepaalde stand vast te houden tot men hem lostikt. Soms is een stelschroef gemonteerd om de stand te regelen, al dan niet met maatschaal om de precieze afstand af te lezen. 

Zeer kleine passers met maatschaal worden gebruikt voor precisiewerk bv. door de edelsmid en uurwerkmaker. De tandarts gebruikt dergelijke 'precisiepasser'  om nauwkeurig de tussenruimte tussen tanden op te meten voor bv. een kroon.

Uitzonderlijk is op een van beide benen een kort derde been gemonteerd met een verstelknop (vb. MOT V 96.0291). De draaier hanteert deze wanneer op een hol werkstuk een smallere buitenmaat moet gepast worden dan de buitenzijde van het werkstuk toelaat. Zo kan het lange been afzonderlijk versteld worden zonder de oorspronkelijk genomen maat te verliezen (2).

Een vrij zeldzaam model is de dubbele diktepasser, waarop bijkomende zijdelingse benen zijn gemonteerd op een centrale stang (ca. 50 cm), die het toelaten om verschillende diameters te controleren of vlot langs twee kanten te meten zonder een tweede diktepasser bij de hand te nemen. De draaier hanteert hem om afgeknotte, kegelvormige onderdelen van een werkstuk te controleren (3). De wagenmaker zou hem hanteren om de verhoudingen van de wielspaken te controleren (4).

Voor specifiek werk zijn diverse types ontwikkeld zoals de bekkenmeter, dansmeester en achtpasser. De diktepasser is te onderscheiden van de holpasser, waarvan de voetjes naar buiten gericht zijn om binnenmaten te nemen. [MOT]

(1) Houten exemplaren werden onder meer gehanteerd door boetseerders en pottenbakkers. Vooral buxushout is weinig gevoelig voor de vochtigheid van klei. ROYER L. & VERSTRAETE R., L'esprit du compas. Outil et symbole, 2019: 312-315.

(2) ROYER & VERSTRAETE: 348.

(3) ROYER & VERSTRAETE: 347, 415.

(4) BOELE J. Bijzondere passers en passervormen in Gildebrief Ambacht en Gereedschap 2016: 15. ROYER & VERSTRAETE: 252. In het Engels wordt de dubbele diktepasser vaak gelinkt aan de smid: "Blacksmiths double calliper"

MOT V 2020.0008

MOT V 88.0617

MOT V 96.0291

MOT V 88.0664

MOT V 2009.0091

MOT V 84.0015 O

Dubbele diktepasser MOT V 2022.0100