Vloerzaag (v.)

identificatiecode
ID 169
morfologie
beroep
holotype
MOT V 82.0766 L=24cm B=7,5cm G=120gr
holotype
MOT V 2004.0006 L=24,5cm L(zaagblad)=11,5cm B=11cm B(zaagblad)=5cm G=107gr
alias
stootzaag (syn.) (Tech-term: 23)
alias
sleufzaag (syn.) (JACKSON: 84)
beschrijving

De vloerzaag is een zaag, met sterk uiteenlopende vormen, om in de reeds geplaatste planken van een vloer, of paneelwerk tegen een muur, een gat te kunnen zagen zonder eerst gebruik te hebben gemaakt van een boor (zie omslagboor) of beitel (zie hakbeitel).

Het kan een handzaag zijn van ca. 10-20 bij 4-5 cm, bestaande uit een blad met één rechte zijde dat over de hele lengte is getand, en een boogvormig uiteinde, tevens getand, dat naar de zaagsnede toe puntig uitloopt. Een ander, kleiner model heeft enkel een boogvormig getand blad. Het puntig uiteinde sluit dan aan de andere - niet getande en rechte - zijde aan. Met de boogvormige zijde zaagt de vakman door de plank. Daarna hanteert hij zijn werktuig zoals een gewone handzaag.

Het kan ook een model zijn waarbij het zaagblad meestal is geklemd in een houten plankje met twee naar boven gerichte handvatten (1). Deze zaag wordt met beide handen gevat en werkt in twee richtingen. Ze beweegt over het algemeen niet loodrecht tegenover de vakman maar parallel, d.i. naar links en naar rechts. [MOT]

(1) Zie een bijzonder model in het Stedelijk Museum te Leiden (JONES & SIMONS: foto 46).

MOT V 2004.0006