werktuig
Wigsleutel (m.)
De wigsleutel (1) is een metalen T-vormige inbussleutel waarmee de drukker
sluitwiggen vastzet voor de spatiëring van het zetsel in het vormraam. Er
bestaan verschillende modellen naargelang het model van sluitijzers (2).
Een sluitwig bestaat uit twee metalen wigvormige blokjes met een specifieke
vertanding, soms schenen genoemd. De tanden grijpen niet rechtstreeks in
elkaar maar de inbussleutel past er perfect tussen of vormt de verbinding
middels een klein ijzeren rolletje. Zo kan de drukker de sluitijzers
gelijkmatig van elkaar verwijden of vernauwen om het zetsel vaster te
zetten of opnieuw los te maken. Door formaatwit of holwit tussen de
zetblokjes te plaatsen, bekomt men de gewenste spaties en alinea's in het
druksel. [MOT] (1) MIDGLEY, R. & LAWTHER, G.: 37. (2) SCARON E., De
leerling drukker, Turnhout, 1928: 20-23 geeft een bondig overzicht van
houten en metalen sluitmaterieel.