werktuig
            Steenschaaf (v.)
            De steenschaaf dient om zachte steensoorten - na de bewerking met de 
vlecht, het ceseel of de tandbeitel - of sierlijsten effen te schaven. Er 
is een grote verscheidenheid aan modellen en formaten naargelang het te 
bewerken oppervlak. Een steenschaaf bestaat uit een houten blok (ca. 7-30 
cm lang; ca. 1-10 cm breed; ca. 3-10 cm hoog) met 5 à 12, al dan niet 
getande, messen (ca. 0,1-0,2 cm dik) in de zool. Zowel laatstgenoemde als 
de messen kunnen recht, bol of hol zijn. De messen kunnen evenwijdig of in 
visgraat ten opzichte van elkaar staan en haaks of schuin naar voor in het 
blok geplaatst zijn. In dat laatste geval is er meestal een vast blad 
voorzien op de voorzijde van het blok (1) om de stabiliteit te verbeteren 
en de efficiëntie over de gehele lengte te verhogen (2). De tanden kunnen 
grof (4 tanden per cm met een hoogte van ca. 0,5 cm) tot fijn (8 tanden per 
cm met een hoogte van ca. 0,2 cm) zijn. Eventueel is er bovenaan het blok 
een opening als handvat, soms ook een hoornvormig...