Opzoeken

Algemeen zoeken

Doorzoek de hele website door een trefwoord in te voeren of kies hierboven een databank om specifiek te zoeken

Zoeken

Zoekresultaten 5,051 - 5,060 15,585 resultaten gevonden
Rivelaine (v.)
Wanneer zware blokken steenkool losgemaakt worden, hakt de mijnwerker twee verticale en onderaan een horizontale gleuf uit met zijn pikhouweel. De rivelaine is een kort recht houweel met aan beide uiteinden een scherpe punt, en een tot 180 cm lange houten of metalen steel. (1) Zie ook pikhouweel. [MOT] (1) Bv. HABETS: 11.
Schuurpapier (o.)
Schuurpapier dient om een vervaardigd voorwerp glad te wrijven. Het schuren is de laatste bewerking die een voorwerp ondergaat tijdens het vervaardigen. Schuurpapier is een blad papier of stof waarop fijngestoten glas of zand, amaril of ijzervijlsel gelijmd is. Er bestaan verschillende soorten, van zeer grof tot zeer fijn. Een ambachtsman zal het papier gebruiken in combinatie met een schuurblok (1), zoals hierboven afgebeeld. Het schuurblok is een houten blokje waar het schuurpapier in- of omgeklemd wordt om overal dezelfde druk te kunnen uitoefenen. Om dezelfde reden wordt het papier soms ook op een stuk kurk gelijmd. Schuurpapier vervangt de paardestaart (2), de huid van de haai (3) en van de zeehond (4), en gedeeltelijk de puimsteen. [MOT] (1) Zie enkele vormen in CARPENTER: 3-4. (2) GROTHE:212; KARMARSCH: 1.801; ROUBO:3.859. (3) GROTHE: 212. (4) ROUBO: 3.859.
Schuurmaliën (v. mv.)
Schuurmaliën (1) zijn handwerktuigen om metaaloppervlakken te polijsten.De polijstlap wordt gevormd door een stelsel van kleine metalen ringetjes die samen een web van ca. 10 x 10 cm vormen, volgens het principe van een maliënkolder. Aan twee tegenoverliggende uiteinden zijn grotere metalen ringetjes bevestigd om de vingers door te steken om de lap stevig te vatten. De maliën zijn meestal bevestigd aan een stroeve lap leer voor de handpalm (2).Leerbewerkers zoals zadelmakers en gareelmakers (3) gebruiken het handwerktuig specifiek voor het polijsten van smeedijzer beslag (bv. kettingen, bits, gespen, karabijnhaken,...) aan hun werkstukken. Ruiters in een cavalerie gebruikten het om paardentuig te doen blinken.Hedendaagse varianten worden gebruikt voor het ontroesten en polijsten van allerlei metalen oppervlakken van bv. kachels of machineonderdelen en voor metalen vaatwerk, als alternatief voor de pannenspons. [MOT](1) Eigen Nederlandse benaming onbekend.(2) Buffelleer volgens handelscatalogus...
Sigarenkistopener (m.)
De sigarenkistopener is een handwerktuig waarmee men een sigarenkistje kan openen. Het heeft een plat, afgerond, stomp blad met een kleine inkeping langszij, en een recht hecht. Met het afgerond uiteinde snijdt men het papieren bandje rond het deksel van de kist los en met de inkeping wrikt men het nageltje los. Bij sommige modellen is er ook een hamerkopje aanwezig om het nageltje er terug in te slaan. Soms is de sigarenkistopener gecombineerd met een sigarenschaartje. Hetzelfde werktuig werd ook gebruikt door groothandelaars die hun waren, voornamelijk fruit en groenten, in kistjes verhandelden (1). De sigarenkistopener kan ook een onderdeel zijn van een zakmes. [MOT] (1) Paul Duflos. Outillage pour le travail du bois. Tarif nr. 5. 1920: 13 marteaux-couteaux pour primeurs.
Schuimspaan (v.)
Houten, plastic, koperen of roestvrijstalen keukengereedschap met een cirkelvormig (ca. 10-16 cm doorsnede), lichtjes holrond geperforeerd blad aan een lange steel (ca. 25-40 cm) om schuim uit soep, bouillon of confituur te scheppen en om voedsel uit kokend water of hete olie te scheppen en het meteen uit te laten lekken. De steel is lang zodat men steeds op een veilige afstand van het kokende water of het hete vet blijft. De schep van de schuimspaan kan ook een fijnmazige zeef zijn met een metalen rand of voor de helft langs de bovenzijde afgesloten zijn, zodat het uitgelekte voedsel goed in de schep blijft liggen.De brouwer gebruikt een schuimspaan om de gist af te schuimen (1). Zie ook frituurschep. [MOT](1) QUICKE: 271.
Schulpzaag (v.)
De schulpzaag dient om planken in de lengte, d.i. in dezelfde richting als de vezels, te zagen (vgl. raamzaag, kraanzaag). Het is een grote spanzaag (zie glossarium) (tot 1,2 m) (1) met breed blad (3-5 cm). Dat laatste wordt door twee draaibouten aan de armen bevestigd zodat het kan draaien (zijn vlak kan veranderen tegenover het vlak van de armen) om lange stukken te zagen. Een van de draaibouten is vaak ca. 15 cm lang en dient als handvat. Deze zaag wordt doorgaans verticaal gehanteerd en werkt in één richting, als ze naar beneden geduwd wordt. Zie ook draaizaag en gewone spanzaag. Zie ook de handzaag en de Japanse dubbelzijdige handzaag. [MOT] (1) In China worden de boomstammen met grotere schulpzagen in planken gezaagd (HOMMEL: 227).
Sigarenkopsnijder (m.)
De sigarenkopsnijder is een toestel waarmee de sigarenmaker het vuureinde en/of het mondeinde van een sigaar kan afsnijden. De arm voor de hefboom van de tweede soort bevindt zich aan de korte zijde van een houten snijplank. Daarop is vaak een maataanduiding en verstelbare geleider aangebracht langs een groef waarin de sigaar ligt, om de gewenste lengte te bekomen. Het werktuig werd vaak aan het houten bord bevestigd waarop de sigaar gerold werd. Er bestaan diverse varianten. Aan een model is een stevig blad bevestigd, dat scharniert zoals een slagschaar langs een ijzeren plaat op de korte zijde. Bij een ander model snijdt een scherp stuk scharnierend metaal, waartussen de sigaar past, de kop van de sigaar af. Zie ook het sigarenschaartje waarmee de roker het topje afknipt voor de sigaar op te steken. [MOT]
Singeltang (v.)
De stoffeerder kan de singel of de draagband onder de zitting van een stoel spannen met een singelspanner of een singeltang. Deze tang heeft een zeer brede ellipsvormige en vaak geribde bek. Het grijpvlak is groot zodat de singel volledig in de breedte kan vastgenomen worden en met een gelijkmatige druk kan aangespannen worden. De stoffeerder laat de tang op het hout steunen en drukt beide armen vervolgens naar beneden. Met de andere hand kan hij de singel vastspijkeren. De arm van sommige modellen eindigt in een koevoet en soms kan men een ring over de armen glijden om het werktuig toe te houden. Ze is verwant aan de spantang van de schilder en de zwiktang van de schoenmaker. [MOT]
Schuivertje (o.)
Onderdeel van peuterbestek naast een eetlepeltje en al dan niet een eetvorkje. Het schuivertje dient om het reeds fijn gemaakt voedsel op de lepel of vork te duwen. Het schuivertje bestaat uit een plaatje van ca. 4 cm bij 2 cm dat haaks op het hecht staat. Het kan uit verschillende materialen zoals zilver, roestvrij staal, plastic, enz. gemaakt zijn. Vaak zijn de zilveren exemplaren versierd omdat ze als geboortegeschenk werden gegeven. Het werkend deel van het plastic model is zo gebogen zodat de excentrische lepel er juist in past. [MOT]
Serveervork (v.)
Met een serveervork kan men makkelijk worsten, aardappelen,... serveren. Zij bestaat uit een U-vormig toeknijpbaar hecht waarvan één uiteinde in twee scherpe tanden eindigt. Aan het andere uiteinde is een plaatje met twee gaatjes bevestigd waar men de tanden van de vork door kan steken. Wanneer men nu een worst of iets dergelijks op de vork prikt en het hecht toeknijpt, wordt deze eraf geschoven door het naar voren schuivende plaatje. De taartschep werkt op een vergelijkbare manier. [MOT]