Opzoeken

Algemeen zoeken

Doorzoek de hele website door een trefwoord in te voeren of kies hierboven een databank om specifiek te zoeken

Zoeken

Zoekresultaten 5,081 - 5,090 15,585 resultaten gevonden
Slöjdmes (o.)
Het slöjdmes is maar één van de handwerktuigen die men in het Zweedse slöjdonderwijs gebruikt (1). De rug van het lemmet loopt recht door tot aan de punt, terwijl de snede in lichte boog richting punt buigt. Een ander model slöjdmes is voorzien van een ''drop-pointlemmet'': een breed gevormd lemmet dat min of meer symmetrisch in een punt uitloopt. Het houten hecht is breder (tot 3 cm) dan het lemmet en ligt goed in de hand. De houtsnijder gebruikt dit scherpe mes om hout te snijden en te kerven, in het bijzonder bij sierhoutsnijwerk. Naast dit mes wordt tijdens het slöjdonderwijs gebruik gemaakt van passer, hamer, beitel, zaag, enz. Zie ook het steekmes (houtsnijder) en het kerfmes. [MOT] (1) VAN DALE: 2617 slöjd is een onderwijsmethode die zich de alzijdige ontwikkeling van het kind ten doel stelt en deze tracht te bevorderen door het te laten werken met karton, klei en hout, LEFEBURE: 155-166.
Slagstempel (m.)
Metalen stempel die met een hamer geslagen wordt. Het is een metalen staaf van 5-20 cm met de stempel op het uiteinde. De slagstempel dient om een vervaardigd voorwerp te merken. Hoofdzakelijk metalen producten (ijzeren werktuigen, tinnen borden of gouden sieraden) maar ook houten (een meubel (1), een kuip (2), een wagen (3), en soms een gevelde boom (4). [MOT] (1) JANNEAU: 86. (2) LEGROS 1949: 189. (3) MEISCHKE: 37. (4) Zie ook blesbijltje en stempelhamer (houthakker).
Sloopbeitel (m.)
De sloopbeitel is een ronde of vierkantige stalen staaf (70-120 cm) met een breder kopeinde, die onderaan plat uitgesmeed is, bestemd voor zwaar sloopwerk, het opbreken van bestratingen en het lichten van spoorwegbalken (zie ook handspaak). Het is een zwaardere (ca. 5 kg), uitvergrootte versie van het breekijzer maar er wordt niet met de hamer op geslagen. Zie ook rooiijzer. [MOT]
Sleutel voor ontromer (m.)
Bij een ontromer, d.i. een machine die de room van ruwe melk verwijdert, hoort een sleutel om de ‘bol’ – het centrifugerende cilindrische deel van de ontromer – los te schroeven voor reiniging. Deze sleutel voor ontromer kan de vorm hebben van een haaksleutel met gaffelvormige bek of van een ringsleutel met binnenin de ring nokjes om in de gleufjes van de bol te grijpen. [MOT]
Sleutel voor rolschaatsen (m.)
Kleine pijpsleutel gecombineerd met twee ringsleutels of met een schroevendraaier, waarmee de rolschaatsrijder zijn schaatsen aan zijn schoenen aanpast (1). Een ander model bestaat uit een kleine (ca. 12 cm) dunne dubbele ringsleutel. [MOT] (1) Het gaat hier om schaatsen die door middel van riempjes aan de schoenen bevestigd worden.
Slotgatbeitel (m.)
De slotgatbeitel is een gebogen beitel, al dan niet met borst, in de Angelsaksische landen ook met dille, waarmee men smalle gaten uitholt. De vouw is zeer scherp om zo weinig mogelijk weerstand te bieden. [MOT]
Slatang (v.)
Met een slatang (ca. 25-35cm lang) kan men makkelijk sla serveren. Ze is veelal van hout, eventueel van plastic of roestvrij metaal. Meestal is één kaak lepelvormig en de andere vorkvormig. Zie ook uitjestang. [MOT]
Slamand (v.)
Komvormig recipiënt van vertinde staaldraad met twee hengsels waarmee men de mand afsluit of opendoet. Stop de gewassen sla erin en zwier de slamand rond; het water zal doorheen de mand naar buiten geslingerd worden. Een modern model is de slacentrifuge. Deze is van plastic en volledig dicht, met een geperforeerd mandje binnenin. Door middel van een krukje worden de tandwielen in het deksel in beweging gebracht; het geperforeerd mandje draait rond en het water wordt eruit geslingerd en opgevangen in de trommel. Het mandje kan ook ronddraaien door aan een touwtje te trekken. [MOT]
Smetlijn (v.)
Met roet, houtskool of kleurstof ingewreven touw waarmee een rechte lijn afgetekend wordt. De lijn wordt in een potje gestoken waar de kleurstof met water gemengd werd. Ze wordt door twee vaklui gespannen op de te beslagen of te zagen stam of balk, op de sporen van een dak enz., vervolgens in het midden opgelicht en losgelaten. Door de slag spat de kleurstof van het touw af en wordt een lijn afgetekend (1). De Japanse smetlijn is opgerold op een in een houten potje geplaatste spoel. In het potje ligt een spons of iets dergelijks met kleurstof. Bij het afrollen glijdt de lijn over de spons en wordt ze automatisch met kleurstof ingewreven. [MOT] (1) Vandaar ook slaglijn (GROTHE: 182). In het Frans is cingler (ook battre la ligne) de geijkte uitdrukking voor smetten.
Slijpsteenscherper (m.)
De slijpsteenscherper is een handwerktuig voor het scherpen van een handmatig bediende slijpsteen in amaril of carborundum of de slijpschijf van een tafelslijpmachine. Het slijpvlak wordt na veelvuldig gebruik namelijk oneffen en bot en raakt gevuld met zeer fijne metaaldeeltjes. Men rondt er ook slijpstenen mee af die niet meer concentrisch draaien. Het meest voorkomende model heeft een recht metalen of houten hecht (ca. 25-35 cm) en een vervangbaar werkend deel met doorgaans twee, drie of meer gekartelde wieltjes, vervaardigd uit zeer hard staal. Aantal en diameter zijn afhankelijk van de te behandelen slijpsteen. De wieltjes worden haaks en van links naar rechts over de volledige breedte van de roterende slijpsteen bewogen om het oppervlak te verruwen. De tandwieltjes zijn opgehangen aan een beschermende stalen kap, die het gezicht en de handen van de gebruiker tegen wegschietend stof en gruis van de slijpsteen beschermt. De vlakke stalen plaatjes hebben twee uitstulpingen om het handwerktuig...