Opzoeken

Algemeen zoeken

Doorzoek de hele website door een trefwoord in te voeren of kies hierboven een databank om specifiek te zoeken

Zoeken

Zoekresultaten 5,111 - 5,120 15,523 resultaten gevonden
Singeltang (v.)
De stoffeerder kan de singel of de draagband onder de zitting van een stoel spannen met een singelspanner of een singeltang. Deze tang heeft een zeer brede ellipsvormige en vaak geribde bek. Het grijpvlak is groot zodat de singel volledig in de breedte kan vastgenomen worden en met een gelijkmatige druk kan aangespannen worden. De stoffeerder laat de tang op het hout steunen en drukt beide armen vervolgens naar beneden. Met de andere hand kan hij de singel vastspijkeren. De arm van sommige modellen eindigt in een koevoet en soms kan men een ring over de armen glijden om het werktuig toe te houden. Ze is verwant aan de spantang van de schilder en de zwiktang van de schoenmaker. [MOT]
Schuivertje (o.)
Onderdeel van peuterbestek naast een eetlepeltje en al dan niet een eetvorkje. Het schuivertje dient om het reeds fijn gemaakt voedsel op de lepel of vork te duwen. Het schuivertje bestaat uit een plaatje van ca. 4 cm bij 2 cm dat haaks op het hecht staat. Het kan uit verschillende materialen zoals zilver, roestvrij staal, plastic, enz. gemaakt zijn. Vaak zijn de zilveren exemplaren versierd omdat ze als geboortegeschenk werden gegeven. Het werkend deel van het plastic model is zo gebogen zodat de excentrische lepel er juist in past. [MOT]
Serveervork (v.)
Met een serveervork kan men makkelijk worsten, aardappelen,... serveren. Zij bestaat uit een U-vormig toeknijpbaar hecht waarvan één uiteinde in twee scherpe tanden eindigt. Aan het andere uiteinde is een plaatje met twee gaatjes bevestigd waar men de tanden van de vork door kan steken. Wanneer men nu een worst of iets dergelijks op de vork prikt en het hecht toeknijpt, wordt deze eraf geschoven door het naar voren schuivende plaatje. De taartschep werkt op een vergelijkbare manier. [MOT]
Sealkam (m.)
De sealkam is een metalen, langwerpige (ca. 15 cm) kam met relatief korte (ca. 5-7 mm) en fijne (ca. 1 mm) tanden die de bontwerker gebruikt om bij de verwerking van kort behaarde of geschoren bontsoorten, o.a. zeehonden en -leeuwen, oneffenheden uit te kammen en om gemaakte takkennaden uit te dunnen. Zie ook bontkam. [MOT]
Sikkel (v.)
Handwerktuig met een halvemaanvormig of licht gebogen blad (ca. 20-60 cm) waarvan de snede soms voorzien is van kleine - schuin naar het handvat toe - tandjes, en door middel van een angel bevestigd aan een kort hecht (ca. 10-15 cm). De sikkel, die zo'n 200-500 gr weegt, wordt gebruikt om (winter)graan, gras, bonen enz. te oogsten. Met één hand houdt men de stengels vast, met de andere - waarin men de sikkel houdt - snijdt men ze af. Over het algemeen wordt dus door wrijving gesneden. Het hakken gebeurt evenwel ook (1). Uitzonderlijk werd een getande sikkel gebruikt als haarmes, om de boter te haren, d.w.z. een kluit boter in alle richtingen doorsnijden om er de haren, strootjes e.d. uit te halen (2). De Japanse sikkel heeft een langwerpig, relatief kort (ca. 15-20 cm) blad dat haaks aan een ca. 30-40 cm lange steel bevestigd is. De snede is lichtjes holrond; de rug is bolrond en relatief breed (ca. 2-6 mm). Die sikkel weegt zo'n 150 gr en wordt gebruikt om gras te snijden en rijst te...
Seegerringtang (v.)
Vele onderdelen van machines worden samengehouden door Seegerringen. Dit zijn hoefvormige borgringen met een gat in hun uiteinden, zodat men ze met de Seegerringtang kan vatten. Er zijn binnenspannende en buitenspannende Seegerringen. De binnenspannende worden in een buis geklemd en moet men samendrukken om ze te plaatsen of te verwijderen. Dit kan met een binnenspannende Seerringtang, aangezien ze gekruiste armen heeft en zo de ring dichtknijpt wanneer men de armen samendrukt. De buitenspannende Seegerringen daarentegen klemmen rond een stuk en dienen opengetrokken te worden om ze te verwijderen of te plaatsen. De buitenspannende Seegerringtang opent de gelijknamige ringen wanneer men de armen samendrukt. Soms belet een stelschroef dat men een ring te ver zou openen. Er bestaan Seegerringtangen met verwisselbare bekken, zodat men elke grootte van ring met één enkel werktuig kan plaatsen en verwijderen. [MOT]
Sigarettenvuller (m.)
De sigarettenvuller is een handwerktuig waarmee men lege filtersigaretten kan vullen met tabak. Het is een langwerpige (ca. 10 cm lang) metalen cilinder (ca. 1 cm doorsnede) waar een uitschuifbaar buisje in zit dat men kan openen en vullen met tabak. Eenmaal gevuld klapt men het dicht en schuift men er een lege sigarettenhuls over. Wanneer het buisje terug in de cilinder - waar aan het benedenuiteinde een plaatje zit dat als stamper fungeert - geduwd wordt, komt de tabak in de sigarettenhuls terecht. Modernere modellen zijn van plastic.  De sigarettenvuller is te onderscheiden van de pillenschieter van een dierenarts. [MOT]
Sifontang (v.)
Men kan kwetsbare cilindrische delen makkelijk vastnemen met een sifontang. Aan de binnenzijde van de kaken zijn immers vaak kussentjes bevestigd om bij het draaien niets te beschadigen. De kussentjes zijn met schroeven op de kaken bevestigd en kunnen vervangen worden. De kaken staan licht schuin op het vlak van het werktuig om makkelijk te kunnen werken op moeilijk bereikbare plaatsen. De tang kan tevens door een bout versteld worden om de opening tussen de kaken te vergroten of te verkleinen. Deze bout vormt ook het scharnier van de tang. Andere loodgieterstangen zijn de pijptang, de fitterstang, de pijp-en fitterstang en de waterpomptang. [MOT]
Sigarensnijwieltje (o.)
Het sigarensnijwieltje bestaat uit een kort (ca. 8 cm) houten hecht, waaraan een ijzeren snijwieltje met ca. 2 cm diameter is bevestigd. Met dit radertje versnijdt de sigarenmaker het dekblad op maat, het buitenblad van hoge kwaliteit tabaksbladeren om de geperste bosjes in te draaien. Het kostbare dekblad werd spaarzaam versneden en met de richting van de aren mee (1). Dit handwerktuig is niet te verwarren met andere kleine snijwieltjes zoals het behangsnijwieltje. [MOT](1) BERTRAM S., Leidraad bij de techniek der sigarenfabricage, en de melanges voor het sigaren- en tabaksfabrikaat, Culemborg, 1899: 29.
Slaag (tegelbakker) (m.)
Met de slaag slaat de tegelbakker de reeds gedeeltelijk gedroogde kleiplaat vlak, vooraleer hij de tegel op het gewenste formaat snijdt. Het is een hardhouten vierkant of rechthoekig werktuig met rond hecht. Het werkend deel is steeds groter dan de te bekomen tegel. Het vlak slaan vergt een grote behendigheid omdat de tegel overal even dik moet blijven. [EMABB]