Opzoeken

Algemeen zoeken

Doorzoek de hele website door een trefwoord in te voeren of kies hierboven een databank om specifiek te zoeken

Zoeken

Zoekresultaten 4,291 - 4,300 15,523 resultaten gevonden
Breekijzer (o.)
Ronde of vierkantige stalen staaf - ca. 20-40 cm lang (1) - die onderaan plat uitgesmeed is, bestemd voor licht sloopwerk (vergelijk sloopbeitel). Het breekijzer heeft vaak een breder kopeinde zodat men er beter met de vuist (metselaar) op kan slaan. Omdat het staal snel omkrult als er op wordt geslagen, wordt er wel eens ter versteviging een beslagring aangebracht. Breekijzers worden ook soms van versleten ijzervijlen gemaakt. Wanneer het breekijzer een licht gebogen uiteinde heeft, wordt er niet met de hamer op geslagen maar wordt het als hefboom gebruikt. In dit geval is het te onderscheiden van de koevoet. Zie ook koubeitel. [MOT] (1) Tot 18 cm worden ze koubeitel genoemd, d.i. in feite een beitel die gebruikt wordt voor het koud doorhakken of inkepen van metalen.
Breeuwhamer (m.)
De breeuwhamer is een betrekkelijk dunne (ca. 5 cm doorsnede) maar lange (ca. 20-40 cm), ronde houten hamer die licht (ca. 600-1400 gr) en zeer veerkrachtig moet zijn (1). Hij wordt aangewend om met behulp van een breeuwbeitel werk in de naden van een vaartuig te kloppen, opdat het waterdicht zou zijn. Op beide uiteinden bevinden zich ijzeren ringen die conisch van vorm zijn; in het geval van slijtage van de baan van de hamer kunnen deze naar achteren geduwd worden. Soms steken in de uiteinden stukken gewei (2) of koehoorn (3) opdat ze harder zouden zijn. Het middenstuk van de hamer is breder en ovaalvormig in doorsnede; het wordt verstevigd met twee (koperen) klinknagels. In het middenstuk bevindt er zich centraal een oog waarin de ronde steel steekt die veelal een stuk boven het hoofd van de hamer uitsteekt. Een uniek kenmerk van de breeuwhamer zijn de longitudinale gleufjes - meestal met een rond gat doorheen het centrum van de gleuf - die zich aan beide zijden van het oog bevinden...
Briketvorm (m.)
De briketvorm is een langwerpig ijzeren raam waarin briketten worden gevormd. Onderaan en zijdelings zijn er vlakke en afgeronde staven om vijf tot tien rechthoekige briketten te vormen. Aan beide uiteindes is er een kort handvat om de vorm te hanteren als hij gevuld is. Briketten dienen als brandstof voor het vuur. Ze verbranden langzaam onder een  betrekkelijk grote gloeihitte. Na verbranding van steenkool werd het gruis verzameld en vermengd met klei te drogen gelegd tijdens de zomermaanden (1). Er werden ook briketten geperst van houtskool of turf. De briketvorm is te onderscheiden van metalen modellen van de steenvorm. Zie ook de briketpers en briketroller. [MOT] (1) Onder meer bij de verwerking van hop werden briketvormen gebruikt om steenkoolgruis te recupereren. Ze waren zeer gangboor tijdens oorlogsjaren en voor er cokes werden gebruikt (Hopmuseum Poperinge).
Briketroller (m.)
De briketroller is een werktuig om krantenpapier op te rollen tot cilindervormige briketten van ca. 7 tot 10 cm diameter als brandstof voor het haardvuur. Het toestel bestaat uit een houten handvat en gietijzeren onderstel met een halfronde bak. Zijdelings wordt een vervangbare ijzeren buis met langsgleuf ingeschoven, waarop een houten zwengel is bevestigd. Meerdere bladen worden dubbel geplooid en met de plooi in de gleuf geplaatst. Na enkele wentelingen met de handzwengel worden bijkomende, overlappende bladen ingevoegd tot een papierblok van de gewenste dikte is geperst. Droog papier kan men eenvoudig binden en als vuurstarter gebruiken. Men kan ook water in de bak gieten om het papier nat en compact te maken, hetgeen zal leiden tot langzamer verbranding, mits de briketten voldoende lang kunnen drogen. Meer courant in de huisraad is de briketpers. Zie ook de briketvorm voor bv. steenkoolbriketten. [MOT]
Brideernaald (v.)
Met een brideernaald kan men gevogelte of stukken gevuld vlees opbinden. Zij zien eruit als grote stopnaalden met een speervormige punt en een oog groot genoeg om er een katoenen touwtje door te steken. De grootte varieert naargelang het stuk vlees dat opgebonden moet worden (ca. 14-30 cm lang). Er bestaan ook brideernaalden met omgebogen punt om vlak onder de huid of om botten heen te werken. Meestal worden brideernaald en lardeerpriem in een set van 2 naalden en 12-15 priemen van verschillende grootte bewaard (1). De slager gebruikt een koordnaald om ham te binden. [MOT] (1) (CHANCRIN & FAIDEAU: 736).
Braadrooster (m.)
Op een braadrooster kan men een snede brood, een stuk vlees of vis boven hete kolen of een vlam roosteren. Zo'n rooster is van ijzer(draad) gemaakt, heeft al dan niet pootjes en kan enkel of dubbel zijn. Deze laatste kan men dichtknijpen; de as bevindt zich aan het kopuiteinde. [MOT]
Broodschaaf (v.)
De broodschaaf (1) is een klein handwerktuig met kort (ca. 10 cm), recht houten handvat en een smeedijzeren vlak met een uitstekend scherp gedeelte dat een gleuf van ongeveer één cm vormt. De onderzijde is soms getand en het ijzer versierd bv. gesmeed in een hartvorm.  De broodschaaf dient om kleine stukken van hard geworden brood af te schaven, zogenoemde croutons, soldaatjes of reepjes om in soep te dippen. Van oorsprong werd dit gedaan om kookvloeistof, het sop of bouillon, aan te dikken met afgebrokkeld brood, de soupe (2). De broodschaaf was vooral in Frankrijk verspreid in de negentiende eeuw in landelijke en hooggelegen gebieden waar niet vaak of niet het hele jaar door vers brood kon worden gebakken. Met hetzelfde doel bestond er ook een vast werktuig met zwengel dat sterk gelijkt op een vleesmolen (3).  Zie ook de broodsnijder. [MOT] (1) Eigen benaming onbekend. Afgeleid van het Franse 'rabot à pain'. (2) Later evolueerde dit ook tot soep en de traditie van croûtons. Zie de Franse...
Briefopener (m.)
Metalen, houten, benen, ivoren of plastic mes (ca. 20-25 cm lang), meestal uit één stuk, met een plat en smal (ca. 0,5-1 cm) blad dat naar het uiteinde versmalt. De snede is niet scherp en de punt is relatief stomp. Met een briefopener kan men gemakkelijk briefomslagen en boeken opensnijden; men steekt hem respectievelijk in de vouw van de omslag of tussen twee nog niet gesneden bladen van een boek en snijdt die dan langs de vouw open. Soms is de briefopener aan het andere uiteinde nog voorzien van een zakmes. Bij een ander model briefopener zit een vlijmscherp mesje (ca. 3 cm) in een rechthoekig, plastieken handvat verwerkt, dat niet dikker is dan 4 mm. Dit type briefopener is niet te verwarren met het vouwbeen. [MOT]
Broodstempel (m.)
Handwerktuig om deegballen te merken voordat ze met de ovenpaal in de oven worden geschoten. Het werktuig wordt gebruikt om kwaliteitskontrole van het brood mogelijk te maken en wanneer verschillende personen samen brood bakken in éénzelfde bakoven, om hun eigen productie te onderscheiden van de andere. Het stempel kan ook de broodsoort of het gewicht aangeven. Er bestaan zowel ronde, ovale als rechthoekige vormen van verschillende afmetingen (ca. 6-20 cm), al dan niet met een handvat, die uit verschillende materialen kunnen gemaakt zijn zoals plaatijzer (1), nagels of hout (2); dat laatste is te onderscheiden van de boterstempel. [MOT] (1) Voorbeeld in ''Het boek van oude gereedschappen'': 123. (2) Voorbeeld in DUPAIGNE: 61.
Briketpers (m.)
De briketpers is een tang om papierpulp tot rechthoekige briketten samen te persen, die dienen als brandstof voor het haardvuur. Modellen voor huishoudelijk gebruik bestaan uit een rechthoekig ijzeren recipiënt, dat wordt gevuld met versneden papier en karton, dat in water heeft geweekt. Er wordt een bijpassend ijzeren raster op geplaatst en stevig aangedrukt door een hefboom van twee zijdelingse beugels in elkaar te drukken. Eenmaal de briket is gevormd, kan men hem met de hand via de onderzijde uitdrukken. Volgens hetzelfde principe bestaan er ook persen op industriële schaal om bv. zaagsel en houtsnippers samen te persen. Zie ook de briketvorm en briketroller. [MOT]