Opzoeken

Algemeen zoeken

Doorzoek de hele website door een trefwoord in te voeren of kies hierboven een databank om specifiek te zoeken

Zoeken

Zoekresultaten 4,311 - 4,320 15,523 resultaten gevonden
Buigveer (v.)
De fitter hanteert de buigveer bij het maken van bochten en het buigen van ronde pijpen en buizen, om knikken en oneffenheden te voorkomen. Het gaat om een stalen spiraalveer waarvan de windingen zeer nauw aansluiten en één of beide uiteindes tot een (trek)oog zijn gedraaid. De lengte en diameter van de buigveer moeten nauw aansluiten op die van de te bewerken buis. Het gaat vooral om dunwandige pijpen in bv. zacht koper, zink, plastic. Soms moet men deze plaatselijk verhitten (1). Bij interne buigveren wordt de buigveer in de pijp geschoven, bij externe buigveren wordt ze rond de pijp geschoven. Om een interne buigveer krachtig uit een pijp te kunnen trekken, kan er een touw of staaf aan het oog bevestigd worden (2). [MOT] (1) A. HELING, Installatie technieken. Gereedschappen: Culemborg, 1985, 94-95. (2) JACKSON & DAY: 271.
Citroenknijper (m.)
Men gebruikt de citroenknijper om halve schijfjes of partjes citroen uit te persen. Vooral bij de thee wordt deze tang samen met het schijfje citroen aangeboden. Men plaatst het schijfje tussen de kaken van de tang en drukt de armen dicht. Het sap loopt via het gootje in het kopje. Meestal is deze tang van metaal. Net als de citrusboor dient hij om slechts enkele druppels sap te bekomen. Zie ook citruspers. [MOT]
Champagneschaartje (o.)
De draad rond de kurk van een champagnefles knipt men door met een champagneschaartje. De kaken zijn zeer kort, aangezien de draad tegen de fles zit en men dus niet veel speling heeft tussen de draad en de fles. Het champagneschaartje maakt soms deel uit van de champagnetang. [MOT]
Citruspers (m.)
Een citruspers dient om het sap uit citrusvruchten te persen, zonder dat er ook pulp, merg en pitten meekomen. Er bestaan verschillende modellen. Zo is er de tangvormige citruspers. Soms is ze van hout of porselein gemaakt, maar meestal is ze van metaal. Afhankelijk van het model kan men kleine of grotere stukken fruit persen. Vooral bij de kleinere stukjes dient men het fruit eerst te schillen. Het sap loopt via gaatjes of een gootje in de gewenste recipiënt. De citruspers kan ook bestaan uit een geribbelde perskegel in een glazen schaaltje. De halve vrucht wordt op de perskegel gedrukt en heen en weer gedraaid. Opstaande tandjes zorgen ervoor dat de pitten niet in het sap, dat in het gootje eronder loopt, komen. Aan de zijkant zit een schenktuitje om het sap over te gieten. Een ander model is een houten perskegel met recht hecht die - boven een recipiënt - in de halve vrucht geduwd wordt. Door er heen en weer mee te draaien, wordt het sap eruit geperst. Een ander model betreft de citruspers...
Controletang (v.)
De controleur ontwaardt het ticket door er een figuur in te drukken of er een stukje papier uit te drukken. De kaken zijn aangepast aan het doel. Beide tangen worden verder besproken. De stempeltang heeft een kaak met een spleet waarin men het kaartje stopt. De andere kaak is een staaf met stempel, die door de wand van de spleet het kaartje tegen de andere wand drukt en er een figuur in drukt. Er bestaat ook een stempeltang om officiële stempels in papier te drukken.  De tang om een uitsnijding in de rand te maken heeft een grote vlakke steunkaak met een uitsparing waarin de andere kaak past. Wanneer men de tang dichtknijpt, duwt de kleine scherpe kaak het papier tegen de grotere steunkaak en knipt de figuur uit het papier. Hetzelfde principe zien we bij de tang die een gaatje in het ticket knipt. De kaken bestaan uit een priem en een holle steun. Wanneer men nog meer gegevens op de kaart wenst aan te brengen, combineert men de controletang met de stempeltang. [MOT]
Deegradertje (o.)
Met een deegradertje kan men reepjes uit dunne lappen deeg snijden. Het bestaat uit 1 à 2 koperen, porseleinen, houten of benen snijwieltje(s) (ca. 3-5 cm doorsnede) - al dan niet met een gegolfde snede - bevestigd in een hecht (te onderscheiden van het pizzawieltje). Het wieltje moet goed snijden zodat het deeg niet scheurt of uitrekt; er moet dus weinig druk op uitgeoefend worden. Het moet ook makkelijk in bochten kunnen snijden. Zie ook deegsnijrol. [MOT]
Deegsnijder (m.)
Met een deegsnijder kan men van bloem en stukjes boter, zonder dat dit mengsel warm wordt, snel een kruimelige massa maken voor bv. korst- of kruimeldeeg. Hij bestaat uit zes relatief buigzame stalen draden die in een U-vorm gebogen zijn; tussen de uiteinden bevindt er zich een houten of plastieken handgreep die soms voorzien is van een duimsteun. Door de deegsnijder op en neer te bewegen in de massa worden de ingrediënten vermengd en de stukjes boter of vet fijn verdeeld. In de plaats van de draden kunnen er ook verschillende stalen messen met gebogen snede aanwezig zijn. Deze zijn onbuigzaam en dus beter geschikt om harde brokken vet door te snijden. Zie ook deegsteker. [MOT]
Daimborstel (m.)
Met een daimborstel verwijdert men het oppervlakkige vuil van kleren of schoenen van daim door voorzichtig over de vlek te borstelen. Men wrijft er ook de haartjes weer mee recht. Borstel met lederen toefjes (ca. 1 cm lang) of rubberhaar, eventueel gecombineerd met nylonhaar of koperdraadjes. Deze laatste dienen om hardnekkig vuil te verwijderen. De smalle rubberen rand kan geribbeld zijn om aan moeilijke plaatsen te kunnen. [MOT]
Dassenpers (v.)
Een das is steeds verkreukt daar waar men de knoop legt. Om deze kreuken eruit te krijgen, kan ze tussen een dassenpers gelegd worden. Die bestaat uit twee plankjes (ca. 25 cm bij 10 cm) waarvan de onderlinge afstand door middel van twee schroeven geregeld kan worden. Men stopt de das tussen de plankjes, de schroeven worden aangedraaid en zorgen zo voor de nodige druk; de das zal mooi glad geperst worden. Zie ook broekpers. [MOT]
Dakpantang (v.)
Soms moet de dekker een stukje van een dakpan verwijderen om ze te kunnen leggen. Dat doet hij vaak met een troffel (zie metselaarstroffel), hoewel dat geen ideale behandeling is voor dat werktuig. Sommige dekkers gebruiken dan ook een tang die lijkt op een grote trektang. De dakpantang heeft echter smallere kaken, die niet volledig sluiten doordat een stang tussen de armen ze op een bepaalde afstand van elkaar houdt. Vaak eindigt één arm in een haak om de tang aan een lat van het dak te kunnen hangen wanneer men ze niet hanteert. Zie ook tegeltang en marmertang. [MOT]