werktuig
Stempel (leer) (m.)
Handwerktuig dat de boekbinder gebruikt bij het blinddrukken (1) of bij het
vergulden van in leer gebonden boeken, meer bepaald het versieren met
motieven - zoals ornamenten en geometrische figuren - op de boekband. De
stempel heeft meestal een koperen werkend deel en is met een angel,
doorgaans vierkantig in doorsnede, bevestigd in een houten hecht. Na
verhitting wordt de stempel op het leer – al dan niet voorzien van bladgoud
- gedrukt, om een motief aan te brengen. Sommige modellen zijn voorzien van
een patroon met rechte hoek om bv. een afdruk in de hoeken van het voorplat
aan te brengen. SALAMAN 1986: 6 onderscheidt stempels voor blinddruk van
stempels die gebruikt worden met bladgoud. Eerstgenoemde zijn zo gemaakt
dat je een verhoogd patroon en een dieper gelegen achtergrond bekomt als
motief. Bij stempels voor bladgoud bekom je een patroon waarbij het gouden
motief dieper in het oppervlak is gedrukt. Voor lijnen of een smal,
langwerpig motief gebruikt men een filetstempel. Zie...