Opzoeken

Algemeen zoeken

Doorzoek de hele website door een trefwoord in te voeren of kies hierboven een databank om specifiek te zoeken

Zoeken

Zoekresultaten 5,271 - 5,280 15,649 resultaten gevonden
Zicht (v.)
Met een zicht wordt horizontaal doorheen het graan, peulvruchten e.d. gehakt, door een zwaaiende beweging te maken, dit in tegenstelling tot de zeis waarmee wordt gesneden. Hierdoor kan men met een zicht zwaar, legerend en zelfs dooreen geslagen gewas oogsten (1). De zicht wordt meestal in combinatie met een pikhaak gebruikt. Een zicht heeft een gebogen, gesmeed - nu ook van staal - blad (ca. 50-70 cm bij 10-12 cm op het breedste gedeelte), dat in een hoek van 60° à 90° op een korte (ca. 30-50 cm), houten steel bevestigd is. Het zichtblad is, in tegenstelling tot het zeisblad, naar de punt toe breder, om bij het slaan beter in evenwicht te blijven. De verbinding tussen werkend deel en steel gebeurt door middel van een ring en een wig, zodat het blad makkelijk afgenomen kan worden om het te haren. Het handvat (ca. 10-15 cm) is met de steel in een hoek van 60° à 90° verbonden d.m.v. een pen- en gatverbinding of een zwaluwstaartverbinding; soms is het geheel ook monoxiel. Het uiteinde van...
Zeisje met lange steel/zeisje met korte steel (o.)
Het zeisje wordt door de tuinier en doe-het-zelver gebruikt om wat gras en onkruid af te maaien op kleine oppervlakten. Het is een kleine zeis bestaande uit een lichtjes gebogen scherp stalen blad (ca. 30-40 cm) met brede rug en eindigend in een punt, dat haaks op een houten steel (ca. 10-80 cm) is bevestigd. De verbinding tussen blad en steel gebeurt meestal door middel van een schroef, of een stang (ca. 10 cm) met angel en ring. Het zeisje met kort hecht wordt met één hand bukkend gebruikt; deze met lange, meestal rechte steel wordt met beide handen gevat en al staand gebruikt. Soms heeft de lange steel een lichte knik op ongeveer 30 cm van het uiteinde. Zie ook graszweep. [MOT]
Zandschop (metselaar) (v.)
Licht holronde schop met rechte snede, van plaatstaal gemaakt. Doorgaans is er geen handvat op de steel maar een T-handvat komt ook voor. De zandschop dient om zand, grind, steenslag e.d.m. te verplaatsen. De archeoloog gebruikt de zandschop om hele dunne laagjes grond af te schaven om zo de sporen zichtbaar te maken. Zie ook ballastschop. [MOT]
Zestemes (o.)
Klein keukenwerktuig (ca. 15 cm) om de schil van citroenen en andere citrusvruchten te raspen. Met de verkregen aromatische schilreepjes of snippers worden cake, ijs en desserts op smaak gebracht. Het zestemes bestaat uit een handvat en een klein smal blad (ca. 3,5 cm bij 2 cm) waarvan het licht gebogen uiteinde voorzien is van een vijftal kleine gaatjes (diam. ca. 3 mm) met scherpe rand. Sommige modellen zijn gecombineerd met een citrusschiller. Door het werkend deel met kracht over de schil van de citrusvrucht te trekken, bekomt men de citrussnippers zonder dat men het vruchtvlees insnijdt. [MOT]
Zalmraper (m.)
Met een zalmraper kan men makkelijk visfilets opscheppen en serveren. Het is een langwerpig (ca. 25 cm), gaffelvormig plastic handwerktuig met een recht hecht. De twee kaken bevinden zich op zeer korte afstand van elkaar, zodat er net een dunne visfilet tussen kan. De éne kaak is plat met een spits uiteinde; de andere is iets korter, rond en eveneens met een smaller toelopend uiteinde. De platte kaak wordt onder de vis geschoven die nu vastzit tussen beide kaken en als zodanig geserveerd kan worden. Met een vork kan hij van de zalmraper genomen worden. [MOT]
Zeeprasp (v.)
Vlakke rasp uit plaatijzer (ca. 25-35 cm lang; ca. 10-12 cm breed), soms met een houten omlijsting, waarin vrij grote gaten uitgeprikt zijn en die gebruikt wordt om bruine zeep te raspen voor zeepsop. Op een vlakke keukenrasp met raspvlakken met gaatjes van verschillende grootte, treft men soms een raspgedeelte aan voor zeep. [MOT]
Zeilhaakje (o.)
Het zeilhaakje is een haakje (ca. 10 cm) met wartel waaraan een lijn bevestigd is. De zeilmaker gebruikt het bij het zeilnaaien om het doek gestrekt te houden. Het haakje wordt in het doek geprikt en de lijn wordt op de zeilmakersbank vastgezet. [MOT]
Zeissleutel (m.)
Vierkantige inbussleutel waarmee de ring los- of aangedraaid wordt, die een zeisblad op de steel bevestigt. Door het gat op het uiteinde van de hefboom kan een touwtje gestoken worden. De zeissleutel bestaat in een enkel maat. [MOT]
Zodensnijder (m.)
Zoden zijn regelmatige blokken grond, afgesneden of afgestoken van de bovenste laag van grasland. Door de aanwezigheid van vele wortels is de samenhang in die blokken vrij groot en kunnen ze verplaatst worden. Om erosie tegen te werken, wordt naakte grond vaak met dergelijke zoden bedekt; zo bv. bij dijk- of verdedigingswerken of bij het aanleggen van spoorwegen. De afmetingen van die plakzoden variëren, maar 30 x 15-30 cm met een hoogte van 4-6 cm is courant. Ook een gazon kan op die wijze aangelegd worden. Zoden worden ook gestapeld zoals (bak)stenen om beschoeiingen, muurtjes en hutten te bouwen. Men spreekt dan van blok- of metselzoden. Ze zijn zo'n 30 x 15 cm en 10 cm hoog. Om de zoden verticaal los te maken, gebruikt men een tuin- of steekspade, een zodenbijl, een zodensteker. Ook een zodensnijder, waarvan men twee hoofdvormen onderscheidt. Het eerste model heeft een mesvormig blad van zo'n 40 cm. Soms is dit een hergebruikt blad van een zeis. Het eindigt in een dille of een angel,...
Zodenbijl (v.)
Bijl met groot, zwaar en dik (ca. 5 mm), rechthoekig (ca. 40 cm bij 10 cm) of halvemaanvormig (1) ijzeren blad dat door middel van een oog of dille verbonden is aan een lange (ca. 100 cm) gebogen steel. De snede van het blad en het uiteinde van de steel vormen een hoek van ongeveer 45°. De zodenbijl dient om de zoden - met taaie wortels - door te hakken bij oppervlakkige turfwinning, maar ook om bijvoorbeeld daar waar een greppel met de steekspade uitgegraven zal worden om draineerbuizen te leggen (zie buizenlepel en leghaak). Bij het steken van zoden om dijken of taluds te beschermen, wordt ook vaak een zodenbijl gebruikt om de oppervlakte van de weide in lange repen te verdelen, die daarna met de tuinspade dwars afgestoken worden en dan met de zodenlichter losgemaakt (2). Zo'n bijl wordt ook soms gebruikt als mestbijl, om de aaneengekoekte mest van de potstal door te hakken. Zie ook zodensteker en zodensnijder. [MOT] (1) Bv. DEBY uit DAVID 1975: 140. (2) Bv. FRICK & CANAUD: 508.