Opzoeken

Algemeen zoeken

Doorzoek de hele website door een trefwoord in te voeren of kies hierboven een databank om specifiek te zoeken

Zoeken

Zoekresultaten 4,811 - 4,820 15,523 resultaten gevonden
Oogstmes voor paddenstoelen (o.)
Wie in het bos of in een weide eetbare paddenstoelen oogst, snijdt ze met een mes tegen de grond af (behalve wanneer het om plaatzwammen gaat, die uitgegraven moeten worden). Hij of zij maakt ze ter plaatste schoon. Daarvoor bestaat een speciaal hang- of knipmes, dat een samengesteld werktuig is, met een lemmet om de steel van de paddenstoel af te snijden en een borstel van everzwijnhaar om aarde en vuil te verwijderen; die borstel is al dan niet inklapbaar. Op de rug van het blad zijn er soms tandjes om grover vuil te verwijderen of, volgens sommigen, de buitenlaag van de huid (het cuticula)(1). [MOT] (1) http://www.opinel.com/ (november 2009).
Paaluittrektang (v.)
Smeedijzeren tang bestaande uit 2 hefbomen van de eerste soort die rond een spil draaien. De getande kaken (ca. 15 cm) zijn gebogen en eindigen in een stompe punt. De armen (ca. 15 cm) zijn elk voorzien van een korte (ca. 20 cm) ketting die met elkaar verbonden zijn met een ring. In de hopteelt wordt een paaluittrektang gebruikt in combinatie met een hefboom om de staken van het staakveld jaarlijks uit de grond te trekken. Te onderscheiden van de steenschaar van de steenhouwer. Zie ook kiezentrekker. [MOT]
Omzetschop (v.)
Houten, hoofdzakelijk monoxiele, schop (ca. 100-140 cm lang) met ondiep holrond blad om het kiemende graan of mout  - dat op de moutvloer of op de eestvloer wordt uitgespreid - om te zetten, d.i. de lagen keren, dooreenwerken en verplaatsen. Te onderscheiden van graanschop. [MOT]
Ringsleutel (m.)
Dit type van moersleutel (zie glossarium) sluit geheel om de moer of kopbout. Hierdoor kan je meer kracht zetten dan met een steeksleutel, die de moer maar op twee hoeken aangrijpt. De ringsleutel heeft een werkend deel in de vorm van een -binnenin- vier-, vijf-, zes- of meerzijdige ring; de naam wordt ook gebruikt wanneer die vorm uit een plaat gedreven werd. Vaak is het werktuig samengesteld uit verschillende werkende delen van verschillende maten; voor heel kleine moeren en bouten bestaan er ook setjes met verscheidene met elkaar verbonden sleutels. Ook komt een combinatie met een steeksleutel, een haaksleutel, een magneetsleutel of een schroevendraaier voor, zelfs een hoefkrabber. Voor kleine moeren kan een ringsleutel gebruikt worden die verstelbaar is door middel van een stelmoer (zie ook fietssleutel (ringsleutel)). Het hecht kan recht, S- of boogvormig zijn. Er bestaat een variante met ratel. Zie kalkoensleutel, open ringsleutel, ringsleutel voor wiel, slagringsleutel, sleutel...
Rooihaak (m.)
De rooihaak dient om de spijkers uit te trekken die de leien op een dak houden. Het is een metalen blad van ca. 30-50 bij 4-5 cm met zijdelingse naar achter gerichte inkepingen, waarvan een uiteinde loodrecht gebogen is. Aan dat uiteinde is een metalen handvat gesmeed dat in een haak eindigt (1). De leidekker duwt het blad onder de gebroken lei, vat de nagel in een inkeping en trekt het werktuig naar zich toe; soms slaat hij met zijn hamer op het haaks gebogen gedeelte. [MOT] (1) De rooihaak dient onderscheiden te worden van het voegzwaard waarmee mortel tussen grote blokken steen geduwd kan worden. Het blad van dat werktuig is dunner, de inkepingen zijn naar voren gericht en het handvat eindigt niet in een haak.
Roerhaak (metselaar) (m.)
De roerhaak wordt door de metselaar gebruikt bij het bereiden van beton. Het is een haak met drie, soms ook vier (1), puntige, in doorsnede vierkantige (2), ijzeren tanden (ca. 15 cm) die ongeveer 180° gebogen staan ten opzichte van de dille (diam. ca. 4 cm) waarin een lange (ca. 140 cm) houten steel steekt (3). Zie ook kalkhouw waarmee mortel wordt bereid. [MOT] (1) ''Hoe maakt men een goed beton'': 25. (2) ''Pétolat s.a.'': 112 laat een model met platte tanden zien. Werkend deel en dille zijn verbonden d.m.v. een lange platte stang. (3) N.L.I.: s.v. griffe, toont een model met drie langere tanden die een hoek van 90° vormen met de steel.
Robber (m.)
Meestal wigvormig houten, metalen (1) of benen handwerktuig (ca. 20-25 cm lang) met afgeronde randen en een rechte steel, soms gesculpteerd in de vorm van een stuk touw (2). Het wordt bij het zeilnaaien gebruikt om de naden van het zeil plat te strijken. Voor dit doeleinde gebruikt de zeilmaker ook wel eens de rug van zijn mes. Zie ook omboekhamer. [MOT] (1) NOORDRAVEN & DE BOER: 101. (2) ASHLEY: 20.
Rijstmesje (o.)
Het rijstmesje is een uiterst licht (ca. 20-60 gr) mesje waarmee in Indonesië de vrouwen rijst oogsten. Het heeft een klein (ca. 5-7 cm bij 1-2 cm) en zeer licht (max. 5 gr), lichtjes bolrond lemmet, aan de bovenzijde gevat in een bamboehouten hecht. Dwars op de bovenzijde van het hecht wordt een bamboestokje - soms aan één zijde puntig gesneden - geplaatst, dat men in de hand vat; zo ligt het mes comfortabeler in de hand. Omdat men met dit mes aar per aar moet oogsten, is het mogelijk in éénzelfde veld de rijpe aren te selecteren en de andere nog even te laten staan. [MOT]
Rozenmes (o.)
Samengesteld handwerktuig waarmee de bloemenhandelaar de stengels van rozen afsnijdt en de stekels afschraapt. Het bestaat enerzijds uit een halvemaanvormig, kort (ca. 5 cm) blad dat door middel van een angel in het houten handvat (ca. 11 cm) steekt. Tegenover de snede bevindt zich een verend, messingen tangetje, met hefbomen van de derde soort, dat met twee vingers samengedrukt wordt. De bek vat het onderste gedeelte van de stengel en met een zijdelingse beweging schraapt men er de stekels af. [MOT]
Rolschuier (m.)
Met een rolschuier verwijdert men kruimels van tapijten. Hij heeft één of meerdere rolborstels in een houten of metalen frame, bevestigd aan een lange (ca. 1-1,20 m) steel. Wanneer men daarmee over het tapijt rolt, worden de kruimels door de draaiende borstels opgenomen en komen ze terecht in een vergaarbakje dat zich in het frame bevindt. Voor het verwijderen van kruimels van tafellakens bestaat eenzelfde soort werktuig maar dan kleiner (zie rolschuiertje). [MOT]