Opzoeken

Algemeen zoeken

Doorzoek de hele website door een trefwoord in te voeren of kies hierboven een databank om specifiek te zoeken

Zoeken

Zoekresultaten 4,601 - 4,610 15,508 resultaten gevonden
Insmeerborstel (m.)
Rond (ca. diameter 4 cm) of driehoekig borsteltje uit zacht varkens-, geiten-, paardenhaar of kunststofvezel. Het heeft de vorm van een kwast of is voorzien van een steel (lengte geheel ca. 17 cm). Er bestaan ook modellen die gecombineerd zijn met een schoenborstel. Voor het onderhoud van je leren schoenen gebruik je de insmeerborstel voor het aanbrengen van schoensmeer (1) alvorens ze op te blinken met de schoenborstel. Met de insmeerborstel zou je gemakkelijker bij moeilijk bereikbare plekken geraken en zou het schoensmeer gemakkelijker in de poriën van het leer dringen dan met een doek. Alleszins je handen worden minder vuil. [MOT] (1) Schoensmeer zorgt ervoor dat het leer niet uitdroogt waardoor de levensduur van de schoen wordt verlengd. Het is aangeraden om voor elke kleur schoensmeer een ander borsteltje te gebruiken om vlekken te voorkomen.
Isolatiemes (o.)
Een isolatiemes wordt gehanteerd door bouwvakarbeiders die isolatie plaatsen, om deze in de geschikte vorm en afmetingen te snijden. Afhankelijk van de beoogde isolatie bestaan er diverse modellen en hanteert men het als een zaag of als een mes. Bij modellen met twee snijkanten is de vertanding of karteling van het lemmet aan weerszijden meestal verschillend maar het is zelden scherp. Het lemmet steekt in een recht houten of kunststof hecht, uitzonderlijk met pistoolkolf. Een model gelijkt sterk op een slagersmes. Het isolatiemes is zeer geschikt voor het versnijden van zachte isolatie zoals glaswol of steenwol. Sommige zijn ook geschikt om overtollig polyurethaan af te snijden of om harde isolatieplaten te versnijden. Voor deze laatste bestaan er ook isolatiezagen, die gelijken op een handzaag of handzaag voor cellenbeton. [MOT]
Kaassnijder (m.)
Toestel met een hefboom waarmee men kaas kan snijden. Deze hefboom bevindt zich steeds aan één zijde van een snijplank en er kan een mes of een strak gespannen draad aan bevestigd zijn. Een stelschroef of geleider bepaalt de dikte van de plakken. De kaas wordt op de snijplank tegen de stelschroef of geleider geplaatst en de hefboom met mes of snijdraad wordt naar beneden geduwd. De snijdraad kan meestal vervangen worden. Er bestaan lichte keukenmodellen en zwaardere winkelmodellen. Zie ook broodsnijder. [MOT]
Kaasmesje (o.)
Mesje (ca. 15-20 cm lang) met een lemmet, al dan niet gedeeltelijk voorzien van zaagtanden, dat een naar boven gebogen, gaffelvormig uiteinde heeft. Het hecht kan van hout, plastic of been zijn; het lemmet is meestal uit inox, soms geheel uit plastic. Met het kaasmesje wordt kaas geserveerd. Men snijdt een stukje kaas van het geheel af en vervolgens prikt men erin met het gaffelvormig uiteinde om het zo te verplaatsen tot op het eigen bord. Zie ook kaassnijmes. [MOT]
Jop (m.)
De jop is een korte, zware beitel uit staal met stompe, sterk afgeplatte vouw (ca. 4 mm breed). De steenhouwer gebruikt hem om als eerste bewerking grote stukken af te slaan van een ruw natuursteenblok en zo een goede aanzet te krijgen voor de boordslag of randslag. De jop wordt beslagen met de steenhouwersvuist. De stratenmaker gebruikt hem onder meer om overtollige stukken van straatstenen te breken en trottoirbanden te splijten (1). De jop is een goed alternatief voor de afhouwhamer omdat men er fijner werk mee kan leveren en ook zachtere steen kan bewerken (2). De jop is te onderscheiden van het ceseel en het bordijzer. [MOT] (1) JELLEMA: 38-39. (2) Taille de la pierre. Guide pratique: 28.
Kabelschoentang (v.)
Om een kabelschoen op een elektrische kabel te bevestigen, gebruikt men een kabelschoentang. Er bestaan verschillende modellen, die alle tot doel hebben de schoen goed op de kabel te drukken. Eén model bv. is een hefboomtang en heeft kaken die overlangs geribd zijn. Een ander model heeft uitsnijdingen van verschillende grootte in één kaak en uitsteeksels die op het uiteinde holrond zijn op de andere kaak. De uitsteeksels passen in de uitsnijdingen en knijpen de schoen goed om de draad, die tussen de kaken gevat wordt. Nog een ander model heeft een reeks holronde uitsnijdingen van verschillende grootte aan beide kaken; de spil zit aan het uiteinde. Eventueel zijn deze uitsnijdingen aan zowel de binnen- als de buitenzijde van de kaken aanwezig en kan men de tang 'binnenste buiten' draaien. De kabelschoentang maakt soms ook deel uit van de draadstriptang. [MOT]
Kaassnijmes (o.)
Groot mes (ca. 35-55 cm) waarmee een stuk kaas gesneden kan worden.  Het kan een langwerpig blad hebben waarvan rug en snede parallel lopen en dat een afgerond uiteinde heeft, bevestigd in een recht hecht. Het blad kan echter ook aan beide uiteinden een hecht hebben, zodat men aan beide zijden druk kan uitoefenen. De twee hechten kunnen beide in het vlak van het blad liggen, maar één ervan kan ook dwars ten opzichte van het blad bevestigd zijn; de snede kan dan recht of gebogen zijn. Het recht mes werd ook gebruikt om de blokken zeep in stukken te snijden. Zie ook kaasmesje. [MOT]
Isolatiepijpbuigtang (v.)
Vaste elektrische draden plaatst men vaak in speciale buizen van metaal of plastic. Vroeger waren de zogenaamde Bergmannbuizen van karton met een buitenlaag van metaal. Deze buizen sneed men met een isolatiepijpsnijtang en boog men met de isolatiepijpbuigtang. Het meest voorkomende model bestaat uit een holle brede kaak en een andere zeer smalle. Deze laatste drukt de pijp in de holte van de eerste en buigt ze lichtjes. Men grijpt de pijp enkele millimeters verder en knijpt opnieuw tot men de gewenste kromming heeft bereikt. Meestal gebruikt men telkens een andere tang voor elke doorsnede van pijp, maar er bestaat een verstelbaar model. De smalle kaak bestaat dan uit een schijf met een viertal mogelijke openingen. Met een schroef kan men van opening wisselen door het schijfje verder of terug te draaien naar een andere opening. De latere zwaardere buizen boog men met een pijpenbuiger of een pijpenbuigtang. [MOT]
Kalkhouw (v.)
De kalkhouw wordt gebruikt door de metselaar en de stukadoor om de kalk te roeren of te mengen, door de steenbakker om klei te mengen. Het werktuig bestaat uit een rechthoekig, afgerond blad (9 cm bij 15 cm) dat door een dille schuin aan een rechte, zo'n 1,40 m lange houten steel is bevestigd. Er bestaan ook bredere modellen met twee ronde gaten in het blad. Te onderscheiden van de hak. Zie ook roerhaak (metselaar) waarmee beton wordt bereid. [MOT]
Kachelhaak (m.)
De kachelhaak is een handwerktuig om het deksel van (vul)kachels te openen en te sluiten, alsook de asbak uit te trekken en om het rooster te schudden. Het bestaat uit een ronde staaf, voorzien van een afgeplat lipje. Het andere uiteinde, dat als handvat dient, kan haakvormig zijn. Een ander model, met de kachel meegeleverd, bestaat uit een geknikt, plat gietaluminium handvat met langs een uiteinde een taps toelopend omgebogen (90°) lipje – om het deksel en de laden te openen - en aan het andere uiteinde een opening; op de kop is het voorzien van een gleuf. De opening wordt over de bedieningsstang van de kachelrooster geschoven. Sommige modellen zijn te onderscheiden van de pook (kachel) en de koevoet. [MOT]